Dekkingsoorten – dubbel of enkel
Globaal kunnen de dekkingssoorten worden gesplitst in: de dubbele dekking en de enkele dekking.
Dubbele dekking
De dubbele dekking kan algemeen beschouwd worden als het leidekkingssysteem dat internationaal de meeste bekendheid geniet. Het kan binnnen zijn toepassingsbied alle mogelijke moeilijkheidsgraden van een dakconstructie aan en biedt de meest wijde waaier van afwerkingsmogelijkheden.
Binnen dit systeem onderscheiden we vormen die zowel voor dakbedekking als voor gevelbekleding gebruikt worden, zowel in de nieuwbouw als de renovatie en restauratie. Het voordeel van de dubbele dekking is dat het dak nog dicht blijft als er een lei ontbreekt, echter zijn er meer leien nodig voor het werk.
Dubbele types
Binnen de dubbele dekking onderscheiden we de volgende hoofdvormen:
Maasdekking
(dubbele dekking: dicht dak ondanks ontbrekende lei)
Toepassing: zowel dak- als wandbekleding
Leuvense dekking
Toepassing: wandbekleding
(door voeg ontstaat het kenmerkende ‘omgekeerde-T’ patroon)
Enkelvoudige dekking
De enkele dekking is een dekking met een historich verleden, veel toegepast op monumenten en nog steeds uitgebreid toegepast wegens zijn klassieke uitstraling. Met zijn enkelvoudig overlap is deze dekking in ons winderig en vochtig klimaat beter geschikt als wandbekleding.
Enkelvoudige types
Binnen de enkele dekking onderscheiden we de volgende hoofdvormen:
Schubdak (Duitse dekking)
Toepassing: zowel dak- als wandbekleding
Zwitserse dekking
Toepassing: wandbekleding